Apotheek Bulterman en de Groot

Medische Encyclopedie

Inhoud

furosemide

Furosemide behoort tot de groep geneesmiddelen die lisdiuretica (lis-plasmiddelen) wordt genoemd. Het voert overtollig vocht snel af en verlaagt de bloeddruk.

Artsen schrijven het voor bij hartfalen, oedeem, nierziekten en hoge bloeddruk.

Wat doet furosemide en waarbij gebruik ik het?

Hartfalen

Verschijnselen
Bij hartfalen (decompensatio cordis) is de pompkracht van het hart verzwakt. Het bloed wordt niet meer goed rondgepompt. U bent daardoor sneller moe en u kunt last krijgen van vocht in de benen of achter de longen. U bent dan ook sneller benauwd.

Oorzaak
Hartfalen kan ontstaan door een langdurig bestaande hoge bloeddruk, slecht werkende hartkleppen, vernauwing in de bloedvaten die het hart van bloed voorzien (kransslagaders), stoornissen in het hartritme of een hartinfarct.

Werking
Door dit medicijn scheiden de nieren meer zout uit. Het zout trekt het vocht mee. Hierdoor wordt het overtollige vocht afgevoerd via de urine. Er blijft minder vocht achter in de bloedvaten. Daardoor hoeft het hart minder hard te werken. De pompkracht van het hart neemt daardoor toe.

Ook door een zoutarm dieet te volgen kunt u de hoeveelheid vocht in uw bloed laten dalen. Uw huisarts of diëtist kan u hierover adviseren.

Behandeling 
Behalve het wegnemen van de oorzaak, zoals het behandelen van de hoge bloeddruk of het vervangen van een slechte hartklep, spelen medicijnen een belangrijke rol bij hartfalen. De belangrijkste medicijnen zijn plastabletten en ACE-remmers of angiotensine-II-blokkers.

Artsen schrijven de ‘lis-plasmiddelen’ voor in acute situaties als u veel vocht moet kwijtraken. Ook bij chronisch hartfalen schrijft men het voor, als minder sterke plasmiddelen, zoals de ‘thiazide’-plasmiddelen niet voldoende werken of niet gebruikt kunnen worden. Bij mensen met hartfalen, die met dit medicijn de pompkracht van hun hart hebben verbeterd, is de kans om aan een hartziekte te overlijden kleiner.

Effect
Het vochtafdrijvende effect begint na een half uur en kan 4 tot 8 uur aanhouden. De capsules met vertraagde afgifte beginnen binnen 2 tot 3 uur te werken en werken 12 tot 24 uur lang.

U merkt dat doordat u vaker moet plassen. Binnen enkele dagen merkt u dat u minder last heeft van dikke enkels en benauwdheid.

Lees meer over hartfalen . “

Oedeem

Verschijnselen
Het lichaam kan vocht vasthouden bij een verminderde pompkracht van het hart (hartfalen), een verminderde nierwerking of levercirrose (een chronische leverziekte). Het vocht kan zich ophopen op plaatsen waar het normaal niet of nauwelijks aanwezig is. Dit heet oedeem.

Dit merkt u het eerst aan dikke enkels en voeten. Ook kan er vocht rond de longen blijven staan. U merkt dan dat u benauwd bent en sneller moe wordt.

Werking
Door dit medicijn scheiden de nieren meer zout uit. Het zout trekt het vocht mee. Hierdoor wordt het overtollige vocht afgevoerd via de urine. U merkt dit doordat u vaker moet plassen. Hierdoor slinkt het oedeem en dikke enkels en voeten verdwijnen. Ook de benauwdheid neemt af.

Ook door een zoutarm dieet te volgen kunt u ook de hoeveelheid vocht in uw bloed laten dalen. Uw huisarts of diëtist kan u hierover adviseren.

Effect

Het vochtafdrijvende effect begint na een half uur en kan 4 tot 8 uur aanhouden. De capsules met vertraagde afgifte beginnen binnen 2 tot 3 uur te werken en werken 12 tot 24 uur lang.

U merkt dat doordat u vaker moet plassen. Binnen enkele dagen merkt u dat u minder last heeft van dikke enkels en benauwdheid.

Lees meer over oedeem . “

Nierziekten

De nieren filteren de afvalstoffen uit het bloed. Deze verlaten uw lichaam via de urine. Als uw nieren niet goed werken, hopen afvalstoffen zich op in het bloed.

Ook kunnen de nierfilters eiwitten doorlaten die normaal gesproken in het lichaam moeten blijven.

Verschijnselen
U kunt last krijgen van vochtophoping (oedeem), donkere en schuimende urine, spierkramp, jeuk, vermoeidheid en een droge huid.

Behandeling
Afhankelijk van de oorzaak van de nierziekte kan de arts verschillende soorten medicijnen voorschrijven. Om de klachten van oedeem te bestrijden, kan de arts furosemide voorschrijven. Hoe furosemide werkt bij oedeem kunt u hierboven lezen bij ‘Oedeem’.

Lees meer over nierziekten . “

Hoge bloeddruk

Verschijnselen
Mensen met een hoge bloeddruk voelen hier in het algemeen niets van. Hoge bloeddruk is ook geen ziekte, maar geeft meer kans op hart- en vaatziekten.

Als de bloeddruk is verhoogd, stroomt het bloed te krachtig door de vaten. Dit is schadelijk voor de bloedvaten. Beschadigde bloedvaten geven kans op een beroerte (herseninfarct of hersenbloeding) en ernstige hartziekten, zoals hartkramp en hartfalen.

Werking
Door dit medicijn scheiden de nieren meer zout uit. Het zout trekt het vocht mee. Hierdoor wordt het overtollige vocht afgevoerd via de urine. U kunt dit merken doordat u vaker moet plassen. Er blijft minder vocht achter in de bloedvaten. Hierdoor daalt de bloeddruk en is er minder kans op een beroerte.

Bij hoge bloeddruk schrijven artsen in eerste instantie meestal een plastablet van het thiazide-type voor. Wanneer deze plastablet onvoldoende werkt, kiezen ze soms voor furosemide.

Effect
Na enkele dagen tot weken is het volledige effect van dit medicijn bereikt. Zelf merkt u niet veel van de bloeddrukverlagende werking van dit medicijn. U weet pas of het werkt bij een meting van uw bloeddruk. Toch is het belangrijk furosemide elke dag in te nemen. Alleen dan kan het de hart- en bloedvaten optimaal beschermen.

Lees meer over hoge bloeddruk . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

  • Dorstgevoel en zelden droge mond. Verder kunnen ouderen uitdrogen, als zij te weinig drinken. Mensen met het syndroom van Sjögren (aandoening waarbij slijmvliezen van ogen en mond droger zijn dan normaal) kunnen meer klachten krijgen.

    Naast dorst merkt u dit aan diepliggende ogen, een droge huid en verwardheid. U voorkomt dit door voldoende te blijven drinken. Neem contact op met uw arts als u deze klachten krijgt.

     

  • Problemen met plassen. Als u een vergrote prostaat heeft, kunt u meer klachten krijgen.

    Doordat dit medicijn voor een snelle ontwatering zorgt, kan de blaas in één keer erg vol worden. Als u moeilijk kunt plassen, raakt u dit vocht niet snel kwijt. Neem contact op met uw arts, als uw prostaatklachten verergeren.

  • Duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd, vooral bij opstaan uit bed of uit een stoel.

    Dit gaat in het algemeen over als uw lichaam zich heeft ingesteld op de lagere bloeddruk (binnen enkele dagen tot weken). Als u zich duizelig voelt, sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt het best dan even liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen.

    Heeft u de ziekte van Parkinson? Dan kunt u sneller last krijgen van deze bijwerking. Neem contact op met uw arts als u dit merkt. Mogelijk kunt u overstappen op een ander medicijn.

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Tekort aan kalium, een bepaalde stof in het bloed. U merkt dit het eerst aan spierzwakte, spierkramp of spierpijn meestal het eerst in de bovenbenen en armen, ernstige vermoeidheid, hartkloppingen, heftige buikklachten. Mensen met hartfalen, levercirrose, de nierziekte het nefrotisch syndroom, bij diarree of braken of mensen die veel laxeermiddelen gebruiken hebben hier meer kans op.

    Als u last heeft van deze klachten, ga dan naar uw arts. Dit kaliumtekort kan ook pas ontstaan als u dit medicijn al meerdere weken tot maanden gebruikt. Uw arts controleert uw kalium meestal na enkele weken. Mocht u een tekort aan kalium in het bloed krijgen, dan kan uw arts u een ander medicijn erbij voorschrijven dat het kaliumtekort opheft. Voor mensen met meer kans op dit kaliumtekort, zal de arts regelmatig de hoeveelheid kalium in uw bloed controleren. Als u diarree heeft of veel moet braken, neem dan contact op met uw arts.

  • Tekort aan natrium, een bepaalde stof in het bloed. U merkt dit het eerst aan plotselinge hevige vermoeidheid, sufheid en verminderde eetlust. Vrouwen en oudere mensen hebben hier meer kans op. Ook bij diarree of braken is de kans op een tekort aan natrium groter.

    Als u last heeft van deze klachten, ga dan naar uw arts. Meestal ontstaat dit natriumtekort tijdens de eerste weken van het gebruik. Uw arts zal daarom vaak in het begin de hoeveelheid natrium in uw bloed controleren. Als u diarree heeft of veel moet braken, neem dan contact op met uw arts.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Hoofdpijn, de eerste dagen van de behandeling.

    Dit komt doordat u veel vocht in een keer verliest. Dit gaat over als uw lichaam zich hierop heeft ingesteld. Heeft u veel last van deze klachten? Overleg dan met uw arts. Mogelijk kan de dosering lager.

  • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken, obstipatie of diarree.

    Blijft u er ook na enige dagen last van houden, neem dan contact op met uw arts.

    Diarree, overgeven of koorts kan voor uitdroging zorgen. Dit leidt vooral bij ouderen boven de 70 jaar en bij mensen met hartfalen of minder goed werkende nieren tot erge bijwerkingen. Daarom kan de arts bij deze groep mensen de dosering tijdelijk aanpassen. Valt u onder deze groep? En heeft u meerdere keren per dag last van overgeven of diarree, of heeft u langer dan 2 dagen koorts? Neem dan contact op met uw arts.

  • Als u diabetes mellitus heeft: uw bloedglucose kan door dit medicijn te hoog worden.

    Controleer daarom vaker uw bloedglucose.

  • Ontsteking van de alveesklier, de lever, de nieren of de galwegen en bloedafwijkingen. Waarschuw uw arts bij een of meer van de volgende verschijnselen: plotselinge hevige pijn in bovenbuik, gele verkleuring van de huid of het oogwit (geelzucht), onverklaarbare blauwe plekken, bloedneuzen, extreme vermoeidheid of keelpijn met koorts en blaren in de keel.

  • Gehoorstoornissen, zoals oorsuizen en doofheid

    Neem contact op met uw arts als u hier last van heeft.

  • Wazig zien

    Neem contact op met uw arts als u hier last van heeft.

  • Hartritmestoornissen. U merkt dit soms alleen aan plotselinge duizelingen of als u even wegraakt. Vooral mensen met de aangeboren vorm van de hartritmestoornis verlengd QT-interval hebben hier meer kans op. Gebruik dit medicijn NIET als u deze aangeboren hartritmestoornis heeft.

    Overleg met uw arts. Mogelijk kunt u overstappen op een ander medicijn.

  • Dit middel kan uw huid gevoeliger maken voor zonlicht (of UV-licht, zoals zonnebank). Als u in de zon komt, kunt u huiduitslag, jeuk of ernstige zonnebrand krijgen.

    Blijf uit de zon, vooral tussen 10.00 en 15.00 uur, en bescherm uw huid (kleding, hoed). Smeer een zonnebrandmiddel van minimaal factor 15. Ga niet onder de zonnebank. Waarschuw uw arts, als u een ernstige reactie op de zon krijgt. Misschien moet u overstappen op een ander medicijn.

  • In zeldzame gevallen kan lupus erythematodes (LE) ontstaan of verergeren. Dit begint met een vlindervormige rode uitslag in het gezicht, maar kan zich uitbreiden naar andere delen van de huid en in de organen.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag en galbulten.

    In zeldzame gevallen ontstaat er koorts, benauwdheid of flauwvallen. Stop dan het gebruik en raadpleeg uw arts. In zeer zeldzame gevallen kan een ernstige huidaandoening ontstaan met blaarvorming. De blaren ontstaan met name op de lippen en op de slijmvliezen van de mond en geslachtsdelen. Neem dan direct contact op met uw arts. U mag dit medicijn in de toekomst niet meer gebruiken. Geef aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor furosemide. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het medicijn niet opnieuw krijgt.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik furosemide gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • De hart- en vaatmiddelen van de groep ACE-remmers en de groep Angiotensine II blokkers. Furosemide versterkt de werking van deze medicijnen. Dit geldt alleen als u al furosemide gebruikt en u krijgt daar nu een ACE-remmer of angiotensine-II-blokker bij. Vooral in het begin van de behandeling kunt u last krijgen van ernstige duizeligheid. U kunt hier iets tegen doen door het medicijn inte nemen voor het naar bed gaan. Als u ligt voelt u de duizeligheid minder.
    Soms raadt de arts aan om de plastabletten twee of drie dagen te laten staan voordat u met een ACE-remmer begint. U heeft dan minder last van duizeligheid. Na twee of drie dagen gebruik van de ACE-remmer kunt u dan zonder problemen de plastablet weer gebruiken, als dat nodig is. Ook kan uw arts u aanraden de eerste dagen met een lage dosis ACE-remmer te beginnen en die na een paar dagen te verhogen.
  • Colestyramine, een cholesterolverlager. De werking van dit medicijn kan afnemen. Overleg hierover met uw arts. Mogelijk krijgt u een ander medicijn. Of controleert uw arts u extra. Moet u ze beide gebruiken? Zorg ervoor dat u dit medicijn minstens 4 uur vóór colestyramine inneemt.
  • Pijnstillers van het NSAID-type, zoals ibuprofen, naproxen of diclofenac. Deze pijnstillers kunnen het effect van furosemide verminderen. Gebruik deze pijnstillers daarom alleen als uw arts u dit heeft geadviseerd of het heeft voorgeschreven. Merkt u bij gebruik van deze pijnstillers samen met furosemide dat uw enkels of voeten dikker worden, of bent u weer sneller kortademig? Neem dan contact op met uw arts.
  • Lithium, een medicijn tegen manische depressiviteit. Plastabletten kunnen de bijwerkingen van lithium versterken, zoals maagdarmklachten, trillen, spierzwakte, spiertrekkingen, duizeligheid, slaperigheid, sufheid, verwardheid, verminderde concentratie, moeite met lopen en spreken en epileptische aanvallen. Waarschuw meteen uw arts als u last krijgt van één van deze bijwerkingen. Uw arts moet het lithiumgehalte in het bloed regelmatig laten meten en de dosering eventueel aanpassen.
  • Acetazolamide (medicijn bij glaucoom en oedeem). Dit medicijn geeft samen met furosemide een grotere kans op kaliumtekort. Uw arts kan uit voorzorg een medicijn voorschrijven dat het kaliumverlies tegengaat (amiloride of triamtereen) of dat het kaliumtekort aanvult (kaliumchloride).
  • Andere bloeddrukverlagende medicijnen. De bloeddruk kan te laag worden als u furosemide samen met andere bloeddrukverlagers erbij gaat gebruiken. Uw arts houdt hier rekening mee en zal in het begin een lagere dosering voorschrijven. Al naar gelang het effect zal de arts de dosis geleidelijk verhogen.
  • Medicijnen tegen epilepsie: carbamazepine en oxcarbazepine. Als u een van deze medicijnen samen met furosemide gebruikt, heeft u de eerste weken een verhoogde kans op een tekort aan natrium in het bloed. U merkt dat soms aan plotselinge hevige vermoeidheid, sufheid, slecht aanspreekbaar zijn, verminderde eetlust, braken en diarree. Waarschuw dan meteen uw arts.
  • Cisplatine, een medicijn tegen kanker. De combinatie met furosemide kan schadelijk zijn voor de nieren. Overleg hierover met uw arts.
  • Sommige medicijnen tegen hepatitis C. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden?
De eerste dagen dat u furosemide gebruikt, kunt u wat duizelig zijn. Dit komt doordat uw lichaam zich nog moet instellen op de lagere bloeddruk. Rijd geen auto als u duizelig bent. Na enkele dagen is dat meestal weer over en is autorijden geen probleem.

alcohol drinken?
Alcohol kan de duizeligheid in het begin van de behandeling versterken. Probeer het drinken van alcohol eerst met mate uit. U kunt dan zelf inschatten of u hier veel last van krijgt.

Als u dit medicijn gebruikt voor oedeem of hartfalen: overmatig alcoholgebruik kan klachten als benauwdheid en vocht vasthouden verergeren. In het algemeen is enkele keren per week een glas wijn geen probleem.

alles eten?
U mag alles eten. Om kaliumtekort te voorkomen, kunt u erop letten voldoende kaliumrijk voedsel te gebruiken. Kalium zit onder andere in citrusfruit.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het in elk geval aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent of binnenkort wilt worden. U zult (tijdelijk) moeten overstappen op een ander veilig medicijn. Mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander medicijn.

Als dit medicijn toch dringend noodzakelijk is, bijvoorbeeld bij zeer ernstig oedeem of dreigend hartfalen, zal de arts de groei van het kind, het kalium- en natriumgehalte en het bloed regelmatig controleren.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Dit medicijn komt namelijk in kleine hoeveelheden in de moedermelk terecht. Er zijn tot nu toe geen bijwerkingen bij het kind gemeld. Wel kan de hoeveelheid moedermelk door dit medicijn afnemen.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

Wanneer?

Neem dit medicijn bij voorkeur in op een lege maag. De opname in het lichaam verloopt dan het beste. Dit is een half uur voor een maaltijd.

U kunt het medicijn het best ’s ochtends een half uur voor het ontbijt innemen. U heeft dan het minst last van het feit dat u meer en vaker moet plassen.

Als u het gebruikt om klachten van benauwdheid ’s nachts te verminderen, kunt u het medicijn het best ’s middags rond 15:00 uur innemen. U heeft dan nog de hele avond de tijd om het overtollige vocht uit te plassen, zodat u ’s nachts het meest profijt heeft van de werking.

Als u een dagje uitgaat, kunt u er ook voor kiezen om het niet ’s ochtends, maar ’s middags na terugkomst in te nemen. Gebruik het medicijn echter niet later dan 17:00 uur ’s middags, anders heeft u kans dat u ’s nachts extra moet plassen.

Hoe lang?

  • Hartfalen. Een behandeling voor hartfalen is meestal langdurig.
  • Hoge bloeddruk. Een behandeling voor hoge bloeddruk is meestal langdurig. Als dit medicijn goed bij u werkt, moet u het waarschijnlijk uw leven lang gebruiken.
  • Oedeem. Hoe lang u dit medicijn moet gebruiken, hangt af van de oorzaak van het oedeem. Als u een verminderde nierwerking of levercirrose heeft, moet u het waarschijnlijk langdurig gebruiken.
Terug naar overzicht