Apotheek Bulterman en de Groot

Medische Encyclopedie

Inhoud

teicoplanine

Teicoplanine hoort bij de glycopeptide-antibiotica. Het doodt verschillende soorten bacteriën.

Artsen schrijven het voor bij infecties met bacteriën, zoals longontsteking, huidinfectie, blaasontsteking, infecties van het maagdarmkanaal met diarree, en ontsteking van de binnenkant van het hart (endocarditis).

Wat doet teicoplanine en waarbij gebruik ik het?

Infecties met bacteriën

Teicoplanine doodt verschillende soorten bacteriën. Het wordt gebruikt bij ernstige infecties van longen, blaas, huid, botten, darmen en de binnenwand van het hart en de hartklepppen (endocarditis). Endocarditis kan komen door een operatie of behandeling door de tandarts. Teicoplanine wordt in die gevallen gebruikt bij mensen die allergisch zijn voor andere antibiotica, zoals penicillines.

Verder is teicoplanine is een ‘reserve’-antibioticum. Dat betekent dat artsen het zo weinig mogelijk voorschrijven, om te voorkomen dat bacteriën er ongevoelig voor worden. Het wordt gebruikt bij infecties met bacteriën die ongevoelig zijn voor de meeste antibiotica, zoals de MRSA-bacterie (meticilline-resistente stafylokok-bacterie) en de VRE-bacterie (vancomycine-resistente enterokok-bacterie). Teicoplanine helpt dan vaak nog wel.

Werking
Teicoplanine doodt veel soorten bacteriën. Na het inspuiten verspreidt het medicijn zich via uw bloed over uw lichaam. Het komt bijna overal in uw lichaam en ook in de urine. Het kan dus bij verschillende infecties worden gebruikt. Ook als de bacterie op lastig te bereiken plaatsen zit, zoals bij een ontsteking in het hart of van de hartkleppen (endocarditis).

Effect
De injectie in de ader werkt meteen. De injectie in de spier begint na 2 uur te werken. Na een paar dagen merkt u dat de klachten van de infectie afnemen.

Lees meer over infecties met bacteriën . “

Longontsteking

Een longontsteking is een infectie van het longweefsel. U voelt zich flink ziek, heeft koorts en moet vaak hoesten. Ook kunt u slijm ophoesten. Het ademen kan pijnlijk zijn en vaak bent u benauwd.

Behandeling
Een longontsteking wordt meestal behandeld met penicillines, doxycycline of azitromycine.

Teicoplanine wordt gebruikt als deze antibiotica niet goed werken. Bijvoorbeeld omdat de bacterie ongevoelig is voor deze antibiotica, zoals bij infecties met de MRSA-bacterie. Deze bacterie kunt u in een ziekenhuis in het buitenland oplopen. De MRSA-bacterie is ongevoelig voor veel antibiotica, maar kan nog wel worden bestreden met teicoplanine.

Teicoplanine is een ‘reserve’-antibioticum. Dat betekent dat artsen het zo weinig mogelijk voorschrijven, om te voorkomen dat bacteriën er ongevoelig voor worden. Dan blijft die antibioticum werken bij heel ernstige infecties, zoals met de MRSA-bacterie.

Werking
Teicoplanine doodt veel soorten bacteriën. De injectie in de ader werkt meteen. De injectie in de spier begint na 2 uur te werken. Na een paar dagen merkt u dat de klachten van de infectie minder worden.

Lees meer over longontsteking . “

Huidinfectie

Oorzaak
Door schade aan de huid, zoals bij wonden, kunnen bacteriën de huid binnendringen en een ontsteking veroorzaken.

Vooral mensen met suikerziekte (diabetes) hebben veel kans op deze infecties, bijvoorbeeld aan de voeten. Ook mensen met een verminderde doorbloeding van de benen hebben vaker infecties aan hun onderbenen. Verder hebben mensen met een verminderde weerstand of mensen die medicijnen tegen het afweer gebruiken sneller een huidinfectie.

Verschijnselen
Bij een huidinfectie wordt de huid rood, warm, dik en pijnlijk. Ook ontstaat pus (vocht van een ontsteking) en zijn er soms blaasjes op de huid. Soms krijgt u koorts en voelt u zich ziek.

Behandeling
Bij licht ontstoken schaaf-­ of snijwonden en blaren is een antibioticum meestal niet nodig. Het is voldoende de ontstoken huid goed te wassen en te ontsmetten. Het lichaam ruimt zelf de bacterie op en zorgt dat de wond heelt.

Als de infectie dieper ligt of erg uitgebreid is en u heeft koorts, dan kan uw arts kiezen voor een antibioticum, bijvoorbeeld een penicilline, claritromycine of azitromycine.

Als u deze niet kunt gebruikt of als ze niet helpen, kan uw arts kiezen voor teicoplanine. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een huidinfectie met de MRSA-bacterie. U kunt met deze bacterie besmet raken in een ziekenhuis in het buitenland. De MRSA-bacterie is ongevoelig voor veel normale antibiotica, maar kan nog wel worden bestreden met bijvoorbeeld teicoplanine.

Teicoplanine is een ‘reserve’-antibioticum. Dat betekent dat artsen het zo weinig mogelijk voorschrijven, om te voorkomen dat bacteriën er ongevoelig voor worden. Dan blijft die antibioticum werken bij heel ernstige infecties, zoals met de MRSA-bacterie.

Werking
Teicoplanine doodt veel soorten bacteriën. De injectie in de ader werkt meteen. De injectie in de spier begint na 2 uur te werken. Na een paar dagen merkt u dat de klachten van de infectie minder worden.

Lees meer over huidinfectie . “

Infecties van het maagdarmkanaal

Teicoplanine wordt gebruikt bij darminfectie door de bacterie Clostridium difficile. Meestal heeft u ook last van ontsteking van de dikke darm (colitis) en een ernstige vorm van diarree. Diarree door de clostridium-bacterie wordt ook wel CDAD genoemd: Clostridium Difficile geassocieerde Diarree.

Verschijnselen
Een darminfectie met Clostridium difficile merkt u vooral aan flinke diarree. Daarbij kunt u ook misselijk zijn of buikpijn, buikkramp of koorts hebben. Bij ernstig zieke of verzwakte mensen kan deze infectie verschijnselen van uitdroging geven, of kan de darm niet meer werken.

Behandeling
Bij diarree door een clostridium-infectie schrijft uw arts antibiotica meestal metronidazol voor. Teicoplanine wordt alleen in speciale gevallen gebruikt. Namelijk als u de andere antibiotica niet kunt gebruiken, of als de bacterie daar niet gevoelig voor is.

Effect
Bij darminfecties neemt u teicoplanine in via uw mond, omdat teicoplanine dan nauwelijks in het lichaam wordt opgenomen waardoor het blijft werken in de darmen. Het heeft weinig of geen bijwerkingen in de rest van het lichaam.

Lees meer over infecties van het maagdarmkanaal . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Huiduitslag, een rode huid, jeuk

    Deze bijwerkingen verdwijnen weer als u stopt met dit medicijn. Als u hier veel last van heeft, overleg dan met uw arts.

    Huiduitslag kan wijzen op overgevoeligheid, maar dat hoeft niet. Zie Zeer zelden Overgevoeligheid.

  • Pijn

  • Koorts

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, overgeven en diarree.

    Deze klachten gaan vanzelf weg binnen een paar dagen. Heeft u diarree of moet u meerdere keren overgeven? Drink dan voldoende vocht om uitdroging te voorkomen.

  • Duizeligheid of hoofdpijn

    Deze bijwerkingen gaan meestal over als uw lichaam aan het middelmedicijn gewend is. Als u hier na paar weken nog steeds last van heeft, moet u uw arts raadplegen.

  • Te weinig witte bloedcellen, rode bloedcellen en te weinig bloedplaatjes in uw bloed. Waarschuw uw arts bij koorts, keelpijn en blaasjes in de mond, bloedneuzen of blauwe plekken. 

    Moet u dit medicijn voor een lange tijd gebruiken? Dan controleert uw arts uw bloed regelmatig.

  • Schade aan de nieren.

    Uw arts zal de werking van de nieren daarom voorafgaand aan het gebruik en tijdens het gebruik van dit medicijn regelmatig controleren.

  • Benauwdheid

    U bent benauwd door kramp van de spieren van de bronchiën (bronchospasme). De bronchiën zitten in uw longen. 

  • Oorsuizen of gehoorverlies

    Neem bij deze verschijnselen contact op met uw arts. Gebruikt u dit medicijn voor een lange tijd? Dan moet u regelmatig uw gehoor laten testen.

  • Mensen met de spierziekte myasthenia gravis kunnen extra last krijgen van dubbel zien en hangen van het bovenste ooglid. Heeft u hier last van? Raadpleeg dan uw arts.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag, galbulten en jeuk.

    Als u last heeft van deze klachten, ga dan naar uw arts. 

    In zeldzame gevallen kunt u benauwd of duizelig worden, flauwvallen of koorts krijgen. Of u kunt zwellingen krijgen in het gezicht, de lippen, mond en keel, waarbij u erg benauwd wordt. In zeer zeldzame gevallen ontstaat er een ernstige huidaandoening met blaren op de huid of  bloedingen, paarse vlekjes op de huid, bloedarmoede en plotseling nierfalen.

    Waarschuw in al deze gevallen direct een arts of ga naar de Eerstehulpdienst.

    Als u overgevoelig bent voor teicoplanine, mag u het niet meer gebruiken. Geef dit daarom door aan de apotheker. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn niet opnieuw krijgt.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik teicoplanine gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.

De belangrijkste wisselwerkingen met dit medicijn zijn de volgende.

  • De bloedverdunners acenocoumarol en fenprocoumon. Teicoplanine zorgt ervoor dat de bloedverdunners sterker werken. Uw apotheek zal bij de eerste keer de trombosedienst melden dat u teicoplanine gebruikt. Vertel ook zelf de trombosedienst dat u teicoplanine gebruikt. En wanneer u stopt met teicoplanine of als de dosering verandert. Uw stolling moet dan extra worden gemeten.
  • Buiktyfusvaccin-capsules. Teicoplanine zorgt ervoor dat het buiktyfusvaccin in de capsules niet goed werkt. Gebruik daarom beide medicijnen niet samen. Als tussen beide medicijnen minimaal 3 dagen zit, is er geen probleem.
    Wilt u capsules met buiktyfusvaccin gebruiken? Wacht dan minimaal 3 dagen na het einde van de kuur met teicoplanine. Of vraag uw arts om een injectie tegen buiktyfus. De wisselwerking treedt dan niet op.
    Heeft u minder dan 3 dagen geleden capsules met buiktyfus-vaccin gebruikt en moet u nu starten met teicoplanine? Neem dan contact op met uw arts.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

Ja, dat kan. U mag autorijden, en u mag eten en drinken zoals u normaal doet.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent, of binnenkort wilt worden. Misschien kan uw arts een ander medicijn voorschrijven.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk voor de baby is. Mogelijk kan uw arts u (tijdelijk) een ander medicijn voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek of in de bijsluiter.

Hoe?

  • Injectie: uw arts of verpleegkundige geeft deze in uw ader of in uw spier. Bij een injectie in de ader zal uw arts of verpleegkundige de vloeistof langzaam in 3 tot 5 minuten in uw ader spuiten.
  • Drank: meet de juiste hoeveelheid die u nodig heeft met een doseerspuit en neem de drank in.

Wanneer?

  • Injectie: de eerste paar injecties krijgt u 2 keer per dag, daarna krijgt u ze 1 keer per dag.
  • Drank: u gebruikt de drank 2 keer per dag. Neem dit medicijn goed verdeeld over de dag in. Het werkt dan beter.

Hoelang?
Hoelang u dit medicijn moet gebruiken hangt af van de plaats van de infectie en hoe erg de infectie is. Uw arts bepaalt de duur van de kuur aan de hand van de soort infectie.

  • Darminfecties door clostridium-bacterie: de kuur duurt 7-14 dagen.
  • Andere infecties: de kuur duurt in het algemeen niet langer dan 4 maanden.

Houd er rekening mee dat u de kuur niet mag onderbreken en dat u hem helemaal moet afmaken. Ook al merkt u geen klachten meer van de infectie. Dit betekent namelijk niet dat alle bacteriën zijn verdwenen.

Terug naar overzicht