Apotheek Bulterman en de Groot

Medische Encyclopedie

Inhoud

terlipressine

Terlipressine lijkt sterk op ADH, een hormoon dat wordt gemaakt door de hypofyse (een klier in de hersenen). Het regelt de bloeddruk in sommige bloedvaten. Ook heeft het een klein effect op de hoeveelheid water die de nieren uitscheiden.

Artsen schijven het voor bij ernstige leverziekte met nierfalen en vocht in de buik (hepatorenaal syndroom). Ook wordt het gebruikt bij bloedende bloedvaten in de slokdarm.

Wat doet terlipressine en waarbij gebruik ik het?

Ernstige leverziekte

Terlipressine wordt gebruikt bij mensen met hepatorenaal syndroom. Dit is ernstige leverziekte met nierfalen en soms een ophoping van vocht in de buikholte. Terlipressine wordt gegeven om de nieren weer beter te laten werken.

Oorzaak
Normaal ruimt een gezonde lever de afvalstoffen van het lichaam op. Maar bij leverziekte lukt het de lever niet meer goed om de afvalstoffen uit het bloed te verwijderen. Ook kan door de leverziekte de doorbloeding van de nieren slechter worden. Hierdoor kunnen de nieren hun werk niet meer goed doen. Dit kan uiteindelijk zorgen voor het hepatorenaal syndroom. 

Verschijnselen
Bij het hepatorenaal syndroom kunt u last hebben van een gele huid, opgezwollen buik en minder plassen. 

Behandeling
Bij het hepatorenaal syndroom verschilt de behandeling per patient. Soms moet er bijvoorbeeld een zogenaamde "shunt" in de ader van de lever gelegd worden. Of er is een levertransplantatie nodig. Ook kan uw arts terlipressine voorschrijven.

Werking
Terlipressine zorgt ervoor dat bepaalde bloedvaten vernauwen. Hierdoor kunnen uw nieren uiteindelijk weer beter werken. 

Lees meer over ernstige leverziekte . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals buikkrampen en diarree. Zeer zelden misselijk zijn en overgeven. 

  • Hoofdpijn en een bleek gezicht

  • Een langzamere hartslag. Zeer zelden een snellere hartslag.

    Raadpleeg uw arts als u hier last van heeft.

  • Hoge bloeddruk, vernauwing van bloedvaten en een slechte doorbloeding. Zeer zelden kunnen handen, voeten, neus en oren blauw verkleuren. Ook kunnen zeer zelden de baarmoeder of de darmen te weinig bloed krijgen. 

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Tekort aan natrium, een bepaalde stof in het bloed.

     

    U merkt dit eerst aan plotseling erg moe en suf zijn, minder eetlust, misselijk zijn en overgeven. Verder aan zware hoofdpijn, in de war zijn, onverklaarbare gewichtstoename en soms stuipen of wegraken. Vrouwen, ouderen en mensen met koorts, infecties, cystische fibrose of een nierziekte hebben meer kans op een natriumtekort. Ook bij diarree of overgeven is de kans op een tekort aan natrium groter.

    Waarschuw in alle gevallen direct uw arts.

  • Hartritmestoornissen

    U merkt dit soms alleen aan plotselinge duizelingen of als u even wegraakt. Vooral mensen met de hartritmestoornis verlengd QT-interval hebben hier kans op. Uw arts zal uw hartritme controleren en eventuele veranderingen beoordelen. Soms is het nodig dit medicijn tijdelijk te stoppen tot het hartritme weer normaal is.

  • Hartfalen, door een verminderde werking van de hartspier.

    U merkt dat aan kortademig zijn, benauwd zijn of het vasthouden van vocht (dikke enkels en voeten). Raadpleeg uw arts als u hier last van krijgt.

  • Pijn op de borst of een hartinfarct. 

    Waarschuw uw arts als u hier last van krijgt. 

  • Benauwd zijn, niet goed kunnen ademen of vocht in de longen

    Waarschuw in alle gevallen direct uw arts.

  • Samentrekkingen van de baarmoeder en opvliegers

  • Afsterven van de huid

    U merkt dit aan verkleuring van de huid, gevoelsverlies en pijn. Raadpleeg dan uw arts. 

  • Epileptische aanvallen. Mensen met epilepsie hebben kans dat zij meer aanvallen krijgen. Overleg hierover met uw arts.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik terlipressine gebruiken met andere medicijnen?

Er zijn van dit medicijn geen belangrijke wisselwerkingen met andere medicijnen bekend.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

Autorijden, alcohol drinken, alles eten of drinken?

Ja, dat kan. U mag autorijden, en u mag eten en drinken zoals u normaal ook doet.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Overleg met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. U kunt dit medicijn beter NIET gebruiken als u borstvoeding geeft. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk voor de baby is.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Hoe?
Dit medicijn wordt in het ziekenhuis gegeven door een gespecialiseerde verpleegkundige of arts. U krijgt dit medicijn via een infuus in uw bloedvat.

Wanneer?
Bij ernstige leverziekte met nierfalen: u krijgt het infuus 4 tot 6 keer op een dag.
Bij bloedende bloedvaten in de slokdarm: u krijgt het infuus 6 keer op een dag.

Hoelang?
Bij ernstige leverziekte met nierfalen: u krijgt dit medicijn totdat uw nieren weer beter werken. Of totdat het medicijn niet meer goed genoeg werkt.
Bij bloedende bloedvaten in de slokdarm: u krijgt dit medicijn tot 1 of 2 dagen nadat de bloeding is gestopt.

Terug naar overzicht